Dit artikel is geschreven in het kader van World Mental Health Day 2021. Op vrijdag 8 oktober 2021 is dentsu benelux gesloten en krijgen alle medewerkers 1 dag vrij om aan hun mentale gezondheid te werken.
Het is 2021. De wereld is al bijna twee jaar in de ban van een virus dat voorlopig nog in ons midden zal zijn. De gemiddelde mentale gezondheid was tijdens de coronacrisis op een dieptepunt. Veel mensen zochten afleiding en ontdekten nieuwe hobby’s, van kerstdorpen bouwen tot aan diamond painting.
Bloemen en planten blijken tijdens de coronacrisis als warme broodjes over de toonbank te vliegen. Ze dragen tijdens het thuiswerken extra positief bij aan de sfeer in en rondom het huis, maar verschillende onderzoeken tonen ook aan dat de aanwezigheid van groen positieve effecten kan hebben op je (mentale) gezondheid. Zo neemt het angstgevoelens en stress weg, helpt het je concentratie en prestatie te verbeteren en voorkomt het verkoudheid, keelpijn en een droge huid.
Crazy plantdad
Ik heb altijd wel een plant in huis gehad. Gewoon voor de gezelligheid. Soms koop je er simpelweg een om een saai hoekje op te vullen of om iets meer kleur aan je woning te geven. In 2021 kan ik me inmiddels wel een crazy plantdad noemen. Mijn familie en vrienden kunnen dit beamen, die hangen regelmatig aan de lijn met vragen.
Ik denk dat deze verslaving, want zo mag ik het wel noemen, zo'n drie jaar geleden begon. Het was een periode waarin ik niet lekker in mijn vel zat. Ik zocht afleiding bij kamerplanten. Tientallen uren zocht ik naar verzorgingstips en welke groene vrienden het beste in mijn huis zouden passen.
Uiteindelijk zat ik zo diep in de plantenwereld dat ik zelfs een eigen Instagram pagina heb aangemaakt om mijn plantencollectie vast te leggen. Ik ontdekte zelfs een hele Instagram community waar ik niet vanaf wist. Inmiddels volg ik bijna 500 plantaholics en staan er een kleine 70+ kamerplanten bij ons in huis. Je kan gerust stellen dat ik 'in de ban van planten’ ben.
Als afsluiter wil ik graag 5 gouden tips met jullie delen.
1. Water geven: niet te veel, niet te weinig
Planten verzorgen betekent dat je ze af en toe water moet geven – duuuh! Online lees je veel over bepaalde apps die je daarbij kunnen helpen. Tip: doe het niet. Dit kan jij zelf veel beter, geloof me nou maar.
Ik gaf mijn planten door deze apps juist te veel water, maar zwemmen kunnen ze vooralsnog niet. Er bestaat een simpel trucje om te weten of je plant water nodig heeft. Steek simpelweg je vinger zo’n twee knokkels diep de aarde in. Voelt het lichtvochtig aan en blijft er aarde aan je vinger plakken? Dan heeft je plant geen water nodig. Voelt het droog aan? Geef je plant dan wat water, geen hele emmer. Ongeveer 1 keer per week is voor de meeste planten voldoende. In het voorjaar en tijdens de zomer zal je wat vaker moeten gieten dan in de winter.
2. De juiste plek in huis
Zet een nieuwe groene vriend niet zomaar op een plek in huis. Je moet hier eigenlijk van tevoren al over nadenken. Zonlicht is voor een plant als een goede maaltijd voor jou, dus voor een pikdonkere kelder of een toilet zonder ramen ga je maar langs de dichtstbijzijnde IKEA voor zo’n nepvariant.
Wil jij je plant vlak achter het vensterglas zetten waar het pal in de zon staat? Let dan goed op de bladeren. Deze kunnen namelijk verbranden door het felle zonlicht en zijn niet te verhelpen met wat aftersun. Ook is het van belang om te weten hoe lang de zon jouw plant zal bereiken. Raam op het zuiden? Zet er dan een zonaanbidder neer. Raam op het noorden? Zet er dan een plant neer die van wat minder zonlicht houdt. Meer weten? Lees dan deze ultieme guide over lichtvereisten.
3. Help! Beestjes! Wat nu?
Het overkomt de beste plantenverzorger wel eens: beestjes. Ze verspreiden zich via de luchtstroom (tocht) of via jouw kleding. Helemaal voorkomen is dus onmogelijk. Het is belangrijk om af en toe eens wat langer naar je plant te kijken. Net zoals jij geen ongenode gasten in je haar wil, heb je liever ook geen bladluizen of andere plagen in je plantencollectie.
De meest voorkomende beestjes zijn de bladluis, schildluis, wolluis, spint, rouwvlieg, witte vlieg en trips. Zie je iets opmerkelijks op jouw planten? Sluit dan uit dat het veroorzaakt wordt door bovenstaande boefjes, voordat je plant straks niet meer te redden is. Better safe than sorry.
4. Een lekkere versnapering op z’n tijd
Jij hebt vast wel eens zin in een snack? Je planten dus ook. Na een week of 6 zijn alle voedingsstoffen uit de potgrond namelijk op. Geef je plant minstens één keer per maand wat voeding, voornamelijk in het groeiseizoen (maart tot oktober). Hiermee houd je je planten in topconditie. Als je plant net is verpot, heeft het de eerste tijd geen extra voeding nodig. Lees meer over plantenvoeding in deze blog van Mama Botanica.
5. Klein onderhoud
Vergeet uitgebloeide bloemen en uitgevallen bladeren niet uit de pot te verwijderen. Als dit te lang blijft liggen, kan het ongedierte aantrekken. Ook kun je geel geworden bladeren beter afknippen. Dit stimuleert de plant om nieuwe bladeren aan te maken.
Ben jij ook een crazy plantdad of crazy plantlady? Deel je plantencollectie, tips of plant failures met ons en tag @dentsu_benelux!